fort malmaison

Komt men vanaf het westen op de Chemin des Dames dan is de eerste aangeduide locatie die van het fort Malmaison. Dit fort krijgt men echter niet te zien, het ligt verscholen achter bomen en is niet toegankelijk. Er is hier wel een groot Duits oorlogskerkhof met gesneuvelden uit een volgende wereldoorlog 2. Verder wordt nogal wat informatie gegeven over de militaire geschiedenis hier en over het Franse fortificatiesysteem na 1871. Deze informatie wordt hieronder weergegeven:

het Franse systeem na 1871 van gefortificeerde vestingen gericht tegen een volgende Duitse inval

Na de nederlaag van 1871 waarbij Frankrijk Elzas en een deel van Lotharingen verloor bouwde Frankrijk in de jaren daarna aan een systeem van forten gericht op een volgende inval van Duitsland.

Dit gebeurde naar aanleiding van een voorstel in 1872 van de Defensiecommissie onder leiding van generaal  Séré de Rivières.  Er werd gesproken van het Séré de Rivières systeem van fortificatie: een verdedigingsstrook bestaande uit 2 linies met gefortificeerde vestingen: de eerste linie langs de noord oost grens en de 2e halverwege de Duitse grens en Parijs.

De 2 frontlinies die op het oosten waren gericht (van Verdun naar Toul en van Epinal naar Belfort) zouden afschrikkend moeten werken. De opening die tussen Stenay en Charmes vrij was gelaten was bedoeld om elke Duitse aanval hier langs te leiden zodat daar van beide kanten een tegenaanval opgezet kon worden. De forten langs de 2e lijn boden in geval van nood een mogelijkheid om op terug te vallen waarbij het leger in staat werd gesteld te hergroeperen, opnieuw te bevoorraden en te worden voorzien van de nodige versterkingen.

Het systeem zoals voorgesteld door generaal Séré de Rivières bestond uit 2 linies met forten die de spoorwegen controleerden, de overige routes en de valleien tussen de grens en Parijs.

In 1860 was er al enige vooruitgang in de metaalkunde en dat leidde tot de ontwikkeling van granaten en aerodynamische projectielen die minder dan een kanonskogel wogen. Gebruikte men lopen (van een geweer) dan kon de baan van  de granaat stabieler worden en zo kon nauwkeuriger en over een grotere afstand worden geschoten.

Vanaf 1880 kwamen er granaten met shrapnel (stukken metaal in de granaat) en de explosieve kracht was toegenomen.

In 1884 ontdekte de Franse chemicus Eugène Turpin een manier om een granaat te vullen met gesmolten picrine zuur.

Er volgde daarmee een stabielere explosie die ook 10x krachtiger dan kanons (bus)kruid was.  Om het voor de Duitsers geheim te houden noemde de Fransen het “melinite” van wege de kleur. ( het griekse “melinos”betekent een kleur als quince (roze). 

In 1886 besloot de commandant van de genie de nieuwe projectielen en explosieven te testen op een fort niet te ver van Parijs. Gedurende 3 maanden schoot een batterij kanonnen 300 meter ten zuiden van de Chemin des Dames 171 granaten met verschillende kalibers op het fort Malmaison. De observanten waren ontzet over de aangerichte schade. 

Na deze experimenten van 1886 trokken leger en parlement de conclusie dat verdedigingsvestingwerken hun tijd hadden gehad. Na volgende experimenten werd wel ontdekt dat forten sterker gemaakt konden worden door het toevoegen van beton in het metselwerk waardoor de nieuwe explosieve kracht kon worden weerstaan.

Dit was een kostbare aangelegenheid en werd alleen toegepast op sommige vestingen in de frontlinie. De grootste deel van met militaire budget kwam ten goede  aan het moderniseren van de wapens die op het slagveld gebruikt moesten worden.

Het fort Malmaison werd opnieuw in 1894 getest. In 1912, behoorlijk beschadigd en achteruit gegaan werd het te koop aangeboden en gedeeltelijk ook ontmanteld en zo kon het in 1914 niet zo functioneren als waarvoor het aanvankelijk bedoeld was. zie ook hier 

Om het fort Malmaison werd tijdens de eerste wereldoorlog hevig gevochten als gevolg van de strategische positie die het innam.

In 1914 waren de de 2e lijns forten (bij Condé-sur- Aisne, Montbérault en Malmaison) dus nagenoeg onbewapend en konden door de Duitsers makkelijk worden ingenomen.  De Duitsers versterkte deze locaties om tegenaanvallen van de geallieerden na de slag aan de Marne op te vangen.

Het front zette zich daarna vast op de Chemin des Dames gedurende 4 lange jaren. Pas in 1917 werd het fort heroverd door de geallieerden. Bij dit geplande offensief in oktober werden mogelijke onverwachte dingen tot een minimum beperkt en elk stadium van het offensief vond plaats exact zoals gepland. (kolonel Pellegrin).

Te 5.15 uur op 23 oktober 1917 slopen de soldaten in de duisternis naar voren. Dit gebeurde vanachter een “creeping barrage”  dat een soort bewegend schild was van zwaar vuur afkomstig  van 75 en 155 mm kanonnen. Het Malmaison fort werd te 6.30 uur veroverd De meeste divisies hadden hun primaire objecten bereikt op het moment dat French zijn troepen halt liet houden ter voorbereiding van de 2e aanvalsgolf.

De Duitsers legden dit respijt verkeerd uit en begonnen een tegenaanval op het moment dat de Franse kanonnen het vuur heropenden. Grote verliezen dwongen hen nu terug te vallen. In 3 dagen waren de Duitsers terug gedreven op de zuidelijke oever van de rivier Ailette.

Tijdens de nacht van 1 op 2 november 1917 trokken de Duitse troepen terug van alle posities tussen Laffaux en Craonne die ze op de kam bezet hielden. Ze hadden 8000 man verloren, 30.000 gewonden en 11.500 gevangenen. De Fransen kregen 200 kanonnen, 222 mijn werpers en 720 machine geweren als oorlogsbuit.

Deze pijnlijke nederlaag van de Duitsers herstelde het vertrouwen van de Franse troepen. Het offensief dat weinig kans zou hebben resulteerde in beperkte verliezen (300 doden en 11.000 gewonden) en maakte tot zekere hoogte het verwoestende effect van het mislukte offensief van Nivelle op het moraal van het leger weer goed.

Op 27 mei 1918 had het 7e Duitse leger met succes het Malmaison fort heroverd en ze braken verder in minder dan 3 uur door de linie van de Chemin des Dames. De verdedigers van het fort waren niet bij machte deze verrassingsaanval te weerstaan waarna de Duitse krijgsmachten verder oprukten tot aan Château-Thierry.

4 maanden later standen de geallieerden opnieuw aan de voet van de Chemin des Dames. Op 28 september 1918 te 11.30 uur lukte het een peloton van het 25e bataljon van de Franse Alpen jagers het fort in te nemen. Bij de volgende paar dagen verlieten de Duitsers de Ailette vallei voor goed. zie ook hier.